Inmiddels weet u het wel: Sympany werkt aan een circulaire textielketen. Maar wat komt daar allemaal bij kijken? Om te beginnen hebben we inzicht nodig in waar het ingezamelde textiel naar toe gaat. Transparantie. Hoe anders kunnen we de claim maken dat textiel een goede duurzame bestemming krijgt? Hiervoor is een zorgvuldige selectie van onze afnemers nodig en een langdurige relatie gebaseerd op vertrouwen. Van hen willen we onder andere weten wat zij met het textiel doen. Veel van onze afnemers hebben zelf grote sorteercentrales én hebben tientallen (en soms honderden) eigen winkels waar het mooie textiel opnieuw verkocht wordt. De niet-herdraagbare kledingstukken vinden hun weg naar recycling fabrieken om er bijvoorbeeld een poetsdoek of hoedenplank van te maken.

Iedereen mag ons aanspreken en uitdagen op wat we met het ingezamelde textiel doen. Zo krijgen we regelmatig de vraag waarom er zoveel ingezameld textiel geëxporteerd wordt. Een logische vraag. Want idealiter willen we al het ingezamelde textiel in Nederland opnieuw verkopen of recyclen. Helaas is in Nederland nog veel te weinig recycle capaciteit om de grote volumes recycle-kwaliteit-textiel te kunnen recyclen tot een ander product. Dat gebeurt vooral in het buitenland. En wist u dat maximaal 8 % van het textiel dat door Sympany wordt ingezameld geschikt is om opnieuw te verkopen in een tweedehands kleding winkel in Nederland? Er is simpelweg nauwelijks markt voor. Voor veel kwaliteiten die we in Nederland niet meer willen hebben is wel vraag in Oost Europa of daarbuiten.

Om de circulaire textielketen aan te jagen werken we aan verschillende initiatieven om meer recycle capaciteit in Nederland op te bouwen. De proeffabriek van SaXcell in Goor is hier een mooi voorbeeld van. Daar willen we van slecht katoen -middels chemisch recyclen- weer nieuwe vezels maken. Daar kunnen vervolgens weer de mooiste kledingstukken van worden gemaakt.